Group 486

Veilig

Eigenaar van de data blijft in controle
Binnen de BDI wordt data niet elders opgeslagen, maar blijft het bij de bron, waar andere partijen deze data inzien. De data-eigenaar kan beoordelen wanneer welke partij toegang heeft tot welk gedeelte van de data. Hierdoor krijgen partijen alleen de informatie die ze nodig hebben en niet meer. Als voorbeeld: een chauffeur krijgt alleen informatie over de beginbestemming, de eindbestemming en generieke informatie over de lading. Terwijl de douanier specifiekere data over de lading en over de verschillende kopers en verkopers te zien krijgt. Vervolgens is ook in te zien wanneer toegang tot de data is aangevraagd en gebruikt. Zo houdt de data-eigenaar de volledige controle.

Onafhankelijkheid van één centrale partij
Binnen de BDI wordt data bij de bron opgeslagen in plaats van op één centrale plaats. Er is dus geen “single point of failure”, zoals dat bij een platform wel het geval is. In het geval dat de toegang tot een van de systemen bewust of onbewust onmogelijk wordt gemaakt, zijn de andere data-bronnen nog wel beschikbaar. Zo is de BDI minder gevoelig voor bijvoorbeeld systeemdefecten of cyberaanvallen.

Hoge beveiligingsstandaarden
Binnen de BDI staat hoge beveiliging centraal. Zowel individuele systemen als de interacties tussen die systemen voldoen aan hoge beveiligingsstandaarden. Ook wordt elke data-uitwisseling bijgehouden in een logboek, zodat bij een mogelijke inbreuk snel kan worden achterhaald waar het vandaan komt en hoe het kan worden opgelost. Dit zorgt ervoor dat data zorgeloos kan worden uitgewisseld, ook als deze gevoelig is.